Om voetgangers, fietsers en automobilisten vrij zicht te laten houden was een hoog viaduct wenselijk. Hoe minder kolommen er waren om het gevaarte overeind te houden hoe beter. En dat betekende dat de buis waardoor de trein rijdt zelf zo hoog, stijf en sterk moest zijn, dat grote overspanningen mogelijk werden.
De constructie die ZJA daarvoor bedacht bestaat uit enorme stalen ringen met een doorsnee van tien meter, die veertig en vijftig meter uit elkaar staan, gedragen door V-vormige kolommen. De ringen zijn verbonden door diagonaal geplaatste buizen. Zo ontstaat er een sterke maar open buisconstructie, die zich bij de halte verdikt, als een boa constrictor die een varkentje heeft ingeslikt.
Het is een ontwerp dat gebaseerd is op het vinden van een doelmatige en functionele constructie, maar die een esthetisch en zelfs vrolijk, sexy beeld oplevert. De bijnaam voor dit viaduct was al snel De Netkous.
De toekomst van onze steden ligt in het bereikbaar en leefbaar houden van de alsmaar dichtere structuur. Voetgangerszones, fietspaden, groen en openbaar vervoer zijn daarvoor noodzakelijk. Het viaduct op de Beatrixlaan laat zien dat zulke noodzakelijke en efficiënte infrastructuur een aantrekkelijke en esthetische toevoeging aan de stad kan zijn. Dan kunnen zo ook opvallend en wit zijn.